top of page
Zoeken

RECENSIE - MOEDERS DES VADERLANDS

door Jasmijn Groot -


Moeders des Vaderlands © Roald Triebels (2024)
Moeders des Vaderlands © Roald Triebels (2024)

Wanneer we het over de politieke en bestuurlijke geschiedenis hebben van ons land, zowel recent als lang geleden, dan hebben we het vrijwel exclusief over de Pim Fortuynen en Willem van Oranjes uit onze geschiedenis. Soms, heel soms, mag onze sekse blij zijn met de eervolle vermelding dat vrouwen vroeger nou eenmaal niet dezelfde macht genoten als mannen en dat er daarom niet zoveel interessants over ze te vertellen valt. De laatste decennia blijkt die aanname heel erg kort door de bocht te zijn geweest. Vrouwen speelden wel degelijk belangrijke rollen als individuele spelers in de politieke arena. Dat idee is alleen verloren gegaan. Ineke Huysman en Femke Deen, twee Nederlandse historici die zelf met hun onderzoek bijdragen aan bredere erkenning voor historische vrouwen, vinden dat we nu toch weleens een gelaagder beeld mogen binnenkrijgen van vrouwen in machtsposities. Zodat we niet telkens vervallen in de clichés van de dominante vrouw aan de ene kant van het spectrum, of de vrouw die alleen maar lieflijk is en goeds doet aan de andere kant.


Samen stelden ze de bundel Moeders des Vaderlands: de vrouwen die Nederland vormden samen. De titel van het boek is een vriendelijke knipoog naar de vaak gehanteerde noemer 'Vader des Nederlands', een hersenspinsel uit de koker van Willem van Oranjes PR-machine. Het boek bevat achttien portretten van historische vrouwen die hebben bijgedragen hebben aan de vorming van de Nederlandse staat. Maar die daarvoor nog niet hun plek hebben gekregen in de geschiedenisboeken. Omdat ze vrouwen zijn.


De biografieën zijn chronologisch geordend en beginnen bij de levens van Johanna (1200-1244) en Margaretha (1202-1280) van Constantinopel, gravinnen van Vlaanderen en Henegouwen uit de vroege Middeleeuwen, en gaan door tot aan het leven van Wilhelmina van Pruisen (1751-1820), de onbezongen heldin van de Bataafse Revolutie. Bij de eerste keer lezen kan je deze volgorde trouw aanhouden. Maar bij een tweede keer (of een derde, of zelfs vierde keer) is het prima mogelijk om de vrouwen er willekeurig bij te pakken. Het boek is namelijk ook uitermate geschikt als naslagwerk.


Antonis Mor, Margaretha, hertogin van Parma (ca. 1562). Gemäldegalerie, Berlijn, Duitsland.
Antonis Mor, Margaretha, hertogin van Parma (ca. 1562). Gemäldegalerie, Berlijn, Duitsland.

Bij aanvang van het boek was ik (eerlijk toegegeven) alleen goed bekend met de formidabele vrouwen vanaf het jaar 1500. Het kan door die voorkennis komen dat deze hoofdstukken in het bijzonder heel makkelijk weg lezen. Het hoofdstuk over Margaretha van Parma van Liesbeth Geevers in het bijzonder leest soepel door de boeiende vertelstijl, de handige chronologische volgorde en de duidelijke introductie van de belangrijke (en voornamelijk mannelijke) figuren, zoals Margaretha's vader Karel V, halfbroer Filips II, en rivaal Alva. De verhalen over een aantal van de vrouwen die vóór haar komen, in het bijzonder over Margaretha van Male (1350-1405) en van Beieren (1363-1424), vind ik een stuk lastiger. Er komen veel verschillende namen lang (wederom, vooral van mannen), die mij een stuk minder bekend zijn. Het weglaten van een kleine stamboom of portretten maakt de herkenning er niet makkelijker op.


Maar dat heeft wel een reden. De afbeeldingen in de hoofdstukken zijn meestal interessante bronnen die in direct verband staan met de Moeders des Vaderlands, zoals brieven die zij zelf hebben geschreven. En die bronnen zijn van groot belang geweest voor de onderzoeken van de schrijvers. Lange tijd werden deze bronnen namelijk niet door historici onder de loep genomen. Ze waren van vrouwelijke hand, redeneerden ze, en als zodanig zouden ze dus niks interessants opleveren. Of zoals Deen en Huysman het stellen in hun inleiding: ‘lange tijd zijn deze brieven ten onrechte terzijde geschoven, omdat ze vol zouden staan met ‘oninteressante’ huishoudelijke mededelingen. De schrijvers zijn de eersten die de bronnen wél aan kritisch onderzoek hebben onderworpen. Daardoor hebben zij baanbrekende inzichten gekregen over de vrouwen in het bijzonder en hun tijd in het algemeen.


In de late middeleeuwen en de vroegmoderne tijd werden zeker beperkingen op vrouwen gelegd, vanwege de algemene overtuiging dat zij niet geschikt waren voor heerschappij, politiek en oorlog. De biografieën maken duidelijk dat de Moeders des Vaderlands keihard moesten werken voor hun posities. ‘Vrouwelijke macht moest dus voortdurend opnieuw worden onderhandeld en bevestigd', aldus Deen en Huysman.


Johan Georg Ziegenis, 'Portret van Prinses Frederika Sophia Wilhelmina' (1768-69). Mauritshuis, Den Haag, Nederland.
Johan Georg Ziegenis, 'Portret van Prinses Frederika Sophia Wilhelmina' (1768-69). Mauritshuis, Den Haag, Nederland.

Want de vrouwen om de Vaders des Vaderlands heen - de welbekende Willempjes en Mauritsen - waren niet op hun achterhoofd gevallen of geheel machteloos, zoals nog steeds weleens wordt aangenomen. Ze waren pienter, strategisch en getalenteerd. Ze hadden politiek en militair inzicht en grote netwerken, net als hun mannen. Maar bovenal hebben ze bijgedragen aan de Nederlandse politieke geschiedenis: Margaretha van Parma (1522-1586) handelde zelfstandig op toen de Beeldenstorm (1566) uitbrak; Louise de Coligny (1555-1620) speelde een belangrijke rol in de totstandkoming van het Twaalfjarig bestand (1609); Amalia van Solms (1602-1675) regelde landzaken wanneer haar man op het slagveld was; Anna van Hannover (1709-1759) zorgde dat het stadhouderschap erfelijk werd; en Wilhelmina van Pruisen was de ongekroonde leider van de prinsgezinden partij tijdens de Bataafse Revolutie (1781-1795).

Behoed je maar bij aanvang van dit boek: je gaat namelijk geheid verliefd worden op deze vrouwen en hun verhalen!





Moeders des vaderlands is nu verkrijgbaar in de boekhandel en via uitgeverij Atlas Contact (€29,99 9789045050058 hardback).



 

Jasmijn is genderhistorica. Ze publiceert artikelen voor onder andere Opzij en Winq en stelt haar expertise ter beschikking aan verschillende multimedia. Jasmijn studeerde Geschiedenis en Oudheidkunde aan de Universiteit van Amsterdam en de Vrije Universiteit.


 

 - ENGLISH BELOW -


Moeders des Vaderlands © Roald Triebels (2024)
Moeders des Vaderlands © Roald Triebels (2024)

When we talk about the political and administrative history of the Netherlands, both recent and long ago, we almost exclusively focus on the Pim Fortuyns and Willem of Oranges of our past. Sometimes, but only sometimes, our gender is given a kind honorable mention, noting that women simply did not have the same power as men in the past, and therefore there isn't much interesting to say about them. However, in recent decades, it has become clear that this assumption is highly shortsighted. Women did indeed play significant roles as individual players in the political arena. The only problem is that this idea has been forgotten. Ineke Huysman and Femke Deen, two Dutch historians who contribute to the broader recognition of historical women through their research, believe it is time we embrace a more nuanced view of women in positions of power. This way, we can avoid falling into clichés, such as the dominant woman at one end of the spectrum, or the woman who is merely sweet and only does well on the other.


Together, they compiled the book Moeders des Vaderlands: de vrouwen die Nederland vormden (Mothers of the Fatherland: the women who shaped the Netherlands). The title of the book is a playful nod to the commonly used label 'Father of the Fatherland', a creation of Willem of Orange's PR machine. The book contains eighteen portraits of historical women who contributed to the formation of the Dutch state, but have not yet found their place in history books, simply because they were women.


The biographies are organized chronologically, starting with the lives of Johanna (1200–1244) and Margaretha (1202–1280) of Constantinople, Countesses of Flanders and Hainaut in the early Middle Ages, and continuing all the way through to Wilhelmina of Prussia (1751–1820), the unsung heroine of the Batavian Revolution. On a first read, you might follow the chronological order. But on a second (or third, or even fourth) read, it’s perfectly fine to dip into the women’s stories at random. The book is an excellent reference work.


Antonis Mor, Margaretha, hertogin van Parma (ca. 1562). Gemäldegalerie, Berlin, Germany.
Antonis Mor, Margaretha, hertogin van Parma (ca. 1562). Gemäldegalerie, Berlin, Germany.

At the start of the book, I (admittedly) was only familiar with the formidable women from the year 1500 onward. Perhaps because of this prior knowledge, these chapters are particularly easy to read. The chapter on Margaretha of Parma by Liesbeth Geevers, in particular, flows smoothly due to the engaging narrative style, the helpful chronological order, and the clear introduction of important (mostly male) figures, such as Margaretha’s father Charles V, half-brother Philip II, and rival Alva. The stories about some of the women who came before her, especially Margaretha of Male (1350–1405) and Margaretha of Bavaria (1363–1424), I find much harder to follow. There are many unfamiliar names (again, mostly men), which are much less recognizable to me. The absence of a small family tree or portraits doesn’t make identification any easier.


But there’s a reason for this. The images in the chapters are usually interesting sources directly related to the Mothers of the Fatherland, such as letters they wrote themselves. These sources were crucial to the authors' research. For a long time, historians overlooked these sources, because they were written by women, and they assumed they wouldn't yield anything of interest. Or, as Deen and Huysman state in their introduction: "For a long time, these letters were unjustly dismissed, because they were thought to be filled with 'uninteresting' domestic matters." The authors are the first to have subjected these sources to critical analysis, leading them to groundbreaking insights about the women themselves and their era in general.


In the late Middle Ages and early modern times, there were certainly limitations placed on women due to the prevailing belief that they were unsuitable for rulership, politics, and war. The biographies make it clear that the Mothers of the Fatherland had to work incredibly hard for their positions. "Female power had to be continually renegotiated and reaffirmed," as Deen and Huysman put it.


The women around the Fathers of the Fatherland—the well-known Willempjes and

Johan Georg Ziegenis, 'Portret van Prinses Frederika Sophia Wilhelmina' (1768-69). Mauritshuis, The Hague, the Netherlands.
Johan Georg Ziegenis, 'Portret van Prinses Frederika Sophia Wilhelmina' (1768-69). Mauritshuis, The Hague, the Netherlands.

Mauritsens—were not clueless or entirely powerless, as is sometimes assumed. They were sharp, strategic, and talented. They had political and military insight and vast networks, just like their male counterparts. But above all, they contributed to Dutch political history: Margaretha of Parma (1522–1586) acted independently when the Iconoclasm (1566) broke out; Louise de Coligny (1555–1620) played an important role in the creation of the Twelve Years' Truce (1609); Amalia of Solms (1602–1675) handled land affairs when her husband was on the battlefield; Anna of Hanover (1709–1759) ensured that the stadtholdership became hereditary; and Wilhelmina of Prussia was the uncrowned leader of the pro-Prussian party during the Batavian Revolution (1781–1795).


Be warned, though, as you begin this book: you will inevitably fall in love with these women and their stories!





'Moeders des vaderlands' is now available in bookstores and through its publisher Atlas Contact (€29.99, 9789045050058 hardcover).






 


Jasmijn is a gender historian. She publishes articles for, among others, Opzij and Winq, and offers her expertise to various multimedia platforms. Jasmijn studied History and Classical Studies at the University of Amsterdam and the VU University.


Comentarios


bottom of page