top of page
Zoeken

BARBENHEIMER

door Jasmijn Groot -



De aankondiging van de Oscar nominaties kon dit jaar wachten op verontwaardigde reacties van feministen wereldwijd. Actrice Margot Robbie en regisseuse Greta Gerwig, de twee belangrijkste gezichten achter de kaskraker Barbie, waren niet genomineerd in hun respectievelijke categorieën. Collega Ryan Gosling, die Robbies mannelijke tegenhanger Ken speelde, was daarentegen wél weer genomineerd voor Beste Acteur in een Bijrol. Op ironische wijze gebeurde er daardoor precies wat de film zeer letterlijk satiriseert: voor één van de meest succesvolle films van het jaar, die door vrouwen in leven was geroepen, streken de mannen aan het einde de eer op.


Velen refereerden in hun kritiek terecht naar het diversiteitsprobleem van de Academy Awards, wat sinds 2015 steeds meer aan de kaak wordt gesteld. De meeste winnaars in de 96-jarige geschiedenis van de Oscars zijn immers man, wit, christelijk, cisgender en heteroseksueel. Zeker de regisseurscategorie, waarbinnen velen Gerwig hadden willen terugzien dit jaar, wordt getekend door seksisme. In 96 jaar tijd zijn er in totaal maar acht vrouwen genomineerd geweest en hebben slechts drie vrouwen het beeldje gewonnen. Kathryn Bigelow was de eerste in 2009, 81 jaar (!) na de oprichting van de Academy - en ja, daar stonden ook vrouwelijke pioniers als Mary Pickford aan de wieg.


"Barbenheimer was geboren. Maar toen kwamen de Oscars en bleef de titanenstrijd die iedereen had verwacht uit."

Tegelijkertijd leken de meeste mensen even te vergeten tegen welke prachtfilms Barbie het moest opnemen: Killers of the Flower Moon, Anatomy of a Fall, of Poor Things, om er maar een paar te noemen. Maar bovenal nam Barbie het natuurlijk op tegen Oppenheimer. Beide blockbusters kwamen op 21 juli uit, wat als stom toeval begon, maar door de productieteams van beide films werd aangehaald als een fenomenale marketingstrategie. En zo werd Barbenheimer geboren, het culturele fenomeen dat de contrasten tussen enerzijds het duistere drama over de vader van de atoombom en anderzijds de kleurrijke komedie over een plastic pop belichtte, uitvergrootte en vierde. En het legde de films bepaald geen windeieren. Barbie en Oppenheimer werden twee van de best onthaalde films van het jaar, vergaarden wereldwijd miljoenen fans en haalde het meeste geld in het laatje. Maar toen kwamen de Oscars. En de titanenstrijd die iedereen had verwacht bleef uit, vooral door het ontbreken van nominaties voor Gerwig en Robbie.


De Engelse BAFTA's, de Golden Globes en de SAG Awards, de prijzenfestijnen die elk jaar voorzichtige voorspellingen geven van hoe het er bij de Oscars aan toe zal gaan, liet al een beetje doorschemeren dat Oppenheimer als de betere film van de twee uit de strijd zou komen. Wat er bij deze award shows namelijk opviel was dat de epische biopic consistent nominaties had weten te veroveren in telkens dezelfde categorieën en deze ook wist te verzilveren: Cillian Murphy en Robert Downey Jr. in hun respectievelijke acteurscategorieën, Christopher Nolan in de regisseurscategorie, Hoyte van Hoytema als beste cameraman, Ludwig Göransson als beste componist, enzovoorts. De nominaties waren minder consistent voor Barbie, en zeker in het geval van Greta Gerwig. Zij moest het 'enkel' doen met een Golden Globe nominatie voor beste regisseur.


Greta Gerwig is sinds haar coming of age film Ladybird uit 2017, dat ze voor het eerst in haar eentje had geregisseerd, een stokpaardje geworden voor feministisch Hollywood om de representatie van vrouwelijke regisseuses te verbeteren. Gerwig ontving voor haar solodebuut namelijk meteen een Oscar nominatie voor beste regisseur. En dat was best een prestatie. Ze was toen namelijk pas de vijfde vrouw aller tijden die een nominatie in die categorie had weten te krijgen. Sindsdien heeft Gerwig hoge ogen geworpen met haar films Little Women (2019), en in 2023 dus met Barbie. Maar sinds Ladybird heeft ze geen regie nominaties meer ontvangen - al wordt ze wel telkens voor de scripts die ze heeft geschreven genomineerd, zo ook voor Barbie.


Maar in Gerwigs regiewerk ontbreekt het haar (nog) aan een duidelijke handtekening. Zeker in vergelijking met iemand als Christopher Nolan, haar grootste competitie dit jaar. Nolan staat al jaren te boek als een groot innovator. Hij blies het superhelden genre eigenhandig nieuw leven in met de Dark Knight trilogie, waar hij ook lovende kritieken voor kreeg. Het was zijn The Dark Knight (2008) waar wijlen Health Ledger postuum een Oscar voor zijn Joker-rol won, die nog steeds één van de beste acteerprestaties ooit wordt genoemd. Maar ook ten opzichte van vrouwelijke regisseuses, zowel nieuw als gevestigd, delft Gerwig het onderspit. Sophie Coppola is na Lost in Translation (2004) hoogstwaarschijnlijk niet vaker in de prijzen gevallen voor haar poederkleurige female gaze met betrekking tot thema's als isolatie en vervreemding, omdat het veel te vrouwelijk is voor de jury van de Academy. Maar naast Gerwig is haar stijl wel veel duidelijker. Zo ook die van Emerald Fennell, die een kleine bijrol in Barbie had als de zwangere barbie. Fennel heeft als filmmaker al een duidelijke stempel gedrukt met slechts twee films, Promising Young Woman (2020) en Saltburn (2024). Daarmee heeft ze duidelijk haar voorliefde naar voren gebracht voor sterk naar aktes ingedeelde kleurrijke alternatieve horror, die de kijker kritisch doet nadenken over scheve machtsverhoudingen.


Op ongeveer dezelfde manier als Gerwig is Margot Robbie de laatste jaren een toonbeeld geworden van feministisch Hollywood. De Australische Robbie brak in 2013 door met haar rol als gefrustreerde huisvrouw in Wolf on Wall Street (2013) naast Leonardo DiCaprio. Ze had na het succes van die film in de eeuwenoude Hollywood typecast-val kunnen belanden en alleen nog in de rol van blonde bimbo kunnen worden gecast. Samen met haar eega was ze achter de schermen een productiebedrijf begonnen, waarmee ze inmiddels al heel wat films op haar CV heeft staan die multidimensionale verhalen vertellen over vrouwen, waaronder de biopic I, Tonya (2017), over de in ongenade gevallen kunstschaatster Tonya Harding. Robbie, die de vrouwelijke hoofdrol ook op zich had genomen, ontving voor haar acteerprestatie haar eerste Oscar nominatie. Dit jaar werd ze overslagen. Onterecht, zo vond vooral 'haar Ken' Ryan Gosling. Maar kijkend naar Robbies eerdere werk, en vooral naar de ijzersterke prestaties van haar collega's Lily Gladstone in Killers of the Flower Moon (2023) en Emma Stone in Poor Things (2023), was het dit keer toch vooral haar productiewerk voor Barbie waar ze lof voor verdiende.


"Heeft er ondanks gebrek aan erkenning voor Greta Gerwig en Margot Robbie tóch territoriumwinst voor vrouwen plaatsgevonden?"

Omdat er door de overduidelijke feministische en anti-patriarchale toon van Barbie zoveel aandacht op de film zelf en haar vrouwelijke makers was gevestigd, is er wellicht uit het oog verloren dat er toch territoriumwinst voor vrouwen heeft plaatsgevonden. Lily Gladstone is de eerste vrouw van native American afkomst die in de Beste Actrice categorie is genomineerd, wat na 96 jaar toch wel eens tijd werd! Dan was er de aandacht voor de arthousefilm Poor Things, Yorgos Lanthimos' vertelling over een vrouwelijke Frankenstein, waarmee hij de sociale en maatschappelijke restricties die vrouwen historisch gezien zijn opgelegd aan de tand voelt. Het was een simplistischere, en daardoor sterkere boodschap dan die van Barbie, die vooral teveel wilde meegeven over modern feminisme en daardoor wat rommelig werd en er teveel bovenop lag. Maar we moeten zeker niet het verhaal van de enige genomineerde regisseuse Justine Triet vergeten. Haar Anatomy of a Fall zou een nominatie voor Beste Buitenlandse Film zijn misgelopen, omdat ze zich kritisch had uitgelaten over de Franse president Emmanuel Macron. Ze sleepte vijf nominaties in de wacht in andere categorieën, waarvan zij zelf die voor Beste Originele Script maar even mooi won.

De Oscars ceremonie is van start gegaan terwijl ik dit schrijf. Morgen word ik wakker en zal ik hoogstwaarschijnlijk in de krant lezen dat Oppenheimer de grote winnaar van de avond is geworden. Hartstikke terecht, naar mijn mening. De meesterlijke campagnevoering van Nolans team daargelaten, want natuurlijk weten we allemaal dat de Oscars ook zo'n spelletje blijft (kijk maar eens naar dit video-essay over de Oscarstrijd tussen Bradley Cooper en Cillian Murphy), van het Barbenheimer fenomeen was Oppenheimer gewoonweg de betere film. Maar dat betekent niet meteen dat het feminisme dit jaar helemaal heeft verloren.


 


Jasmijn is genderhistorica en oprichter van het Historical Women Project. Ze publiceert artikelen voor onder andere Opzij en Winq en stelt haar expertise over gender en vrouwengeschiedenis ter beschikking aan verschillende media. Jasmijn studeerde Geschiedenis en Oudheidkunde aan de Universiteit van Amsterdam en de Vrije Universiteit. 




Comments


bottom of page