VROUW-ZIJN EN HET MINISTERSCHAP
- Sebastiaan Coops

- 7 minuten geleden
- 11 minuten om te lezen
Als je mensen zou moeten aanwijzen die een grote invloed op onze wereld hebben gehad, dan denk je misschien niet zo gauw aan een vrouw. Toch is het een vrouw geweest die onze maatschappij dermate vorm heeft gegeven dat veel van haar denkbeelden nog steeds aanwezig zijn. Marga Klompé, de eerste vrouwelijke minister van Nederland, stond aan het eindpunt van een lange ontwikkeling van onze moderne verzorgingsstaat en heeft de sociale zekerheid in ons land zo bedacht dat wij nog handelen naar haar principes.

Marga Klompé was een fenomeen in het Binnenhof. Een kordate vrouw die van alles op de hoogte was en overal ook wat van vond. Iemand die energie uitstraalde om het te regelen en het daadwerkelijk anders te doen. Was ze het ergens niet mee eens? Dan klom ze gelijk in de telefoon om iemand even bij te praten. Ze wist zich op te werpen in een mannenwereld, mee te doen aan hun spel en ook nog eens te winnen. Wie was zij? En wat betekende haar vrouw-zijn voor haar ministerschap?
Arnhem, 16 augustus 1912: Marga wordt geboren in een welgesteld katholiek gezin in Arnhem. Haar vader heeft een winkel en de zaken lopen goed. Alles veranderde toen haar vader ernstig ziek werd en naar een instelling moest verhuizen. Marga, haar broer en zussen stonden er met hun moeder alleen voor. Alle hens aan dek dus, want als de man wegvalt, valt ook de kostverdiener weg, en je hand ophouden voor de bedeling betekende in deze tijd volledige sociale isolatie. Dat zou een doodslag voor het gezin zijn. Marga ging scheikunde studeren en begon te werken bij een katholieke meisjesschool Mater Dei. Later ging ze ook scheikunde studeren in Utrecht, waar ze het niet makkelijk had. De hoogleraren vonden het zonde om hun tijd te verspillen aan vrouwen die kwamen studeren en zodra ze klaar waren gingen trouwen en de hele dag thuis moesten zitten. Dat vooruitzicht leek Marga ook niks, ze is nooit getrouwd geweest en promoveerde in 1941.
Oorlog
Tijdens de oorlog ging ze aanvankelijk dienst doen als koerierster onder de schuilnaam dr. Meerbergen, zo bracht ze illegale berichten rond voor de aartsbisschop van Utrecht. Maar ze deed nog iets wat doet blijken van een enorm organisatietalent. Ze kwam in het bestuur van de Unie van Vrouwelijke Vrijwilligers (UVV), de vrouwenorganisatie van Jane de Iongh die verzetswerk deden. Klompé haar taak was om de Gelderse UVV te organiseren en na de oorlog bleek de Gelderse tak de meeste afdelingen te hebben ten opzichte van andere provincies. Klompé speelde een grote rol bij het vervullen van de taken van het Rode Kruis tijdens de slag om Arnhem en haalde na de bevrijding vrouwen op om de wederopbouw in Arnhem te kunnen starten. Haar grote organisatietalent en overredingskracht kwamen hier vol tot ontwikkeling. Een Arnhemse schreef over Marga: “Wat gaat er een bezieling van haar speechen uit! Hoe voortreffelijk weet zij niet in eenvoudige menselijke bewoording ons duidelijk te maken wat onze taak als lid is en hoe die het beste volbracht kan worden.”
Internationaal werk
Na de oorlog bleef ze betrokken bij verschillende vrouwenorganisaties en richtte ze het Katholieke Vrouwendispuut op. Ze vond dat er weinig participatie van katholieke vrouwen was. Klompé wilde vrouwen laten zien hoe ze hun invloed konden gaan uitoefenen. Ze vond dat de samenleving grote behoefte had aan vrouwelijk inzicht. In 1946 zei ze in Londen dat: 'we women must profoundly realise that the moral and spiritual life of the whole country is for a great deal in our hands. For by the special feminine gift of intuition we especially are able to gauge the social needs of the people as a whole.'
Door haar betrokkenheid bij vrouwenorganisaties werd ze internationaal afgevaardigd om deel te nemen aan bijeenkomsten van de Verenigde Naties. Door haar optreden in de Algemene Vergadering viel ze politiek op en kreeg ze een zetel in de Tweede Kamer voor de Katholieke Volkspartij (KVP). In deze tijd begint Marga enorm op te vallen. Kranten schrijven over haar dat het wel iets zegt over haar bekwaamheid als ze binnen de kortste keren 'in de partij en het parlement als autoriteit geldt […] en ook in de Assemblée van de Raad van Europa een plaats van betekenis heeft verworven (NRC).' Of wat te denken van deze headline van de Daily Express uit 1950: 'Woman who bluffed the Germans takes on a man’s job at Europe’s Assemblee, Marga of Arnhem makes them all happy.'
Feminisme

Vanaf dit moment neemt ze duidelijk afstand van het feminisme. Ze gaf aan geen feminist te zijn en dat ze vooral eerst als mens behandeld wilde worden en niet alleen als vrouw. Toen ze in de Raad van Europa zat schreef ze over de raad: 'ik zou het wenselijk vinden, dat meer vrouwen zich hiermede bezig hielden […]. Ik ben geenszins feministe en de plaats van de vrouwen met gezinnen is vóór alles het gezin, maar er zijn wel vrouwen die stellig zouden kunnen medewerken.' Waarom toch, zou je je afvragen, moet ze zo stellig afstand nemen van het feminisme? In haar biografie, geschreven door Gerard Mostert wordt een overtuigende stelling ingenomen: politieke vrouwen bekleden plekken die voorheen alleen aan mannen waren toebedeeld. Deze vrouwen werden in de politieke wereld zowel mannelijk als vrouwelijk maar nooit geen van beide. Ze presenteerden zich als man. Toen haar gevraagd werd wat het verschil was tussen haar en haar mannelijke collega’s zei ze dat er alleen een eventuele poederdoos in de la van haar bureau ligt. De historica Antonia Fraser stelde dat vrouwen in deze positie zich vaak moesten ontdoen van mannelijke bevoogding door bijvoorbeeld ongehuwd te blijven, ook dat was zij. Ze vond het zelf gewoon volstrekt logisch dat vrouwen en mannen samen in het openbare leven samenwerkten aan de maatschappij. In een radio-interview stelde ze dat 'als de vrouw in de politiek komt dan heeft zij dikwijls andere opvattingen […]. En waar de regels die wij maken in de wetgeving bedoeld zijn voor de samenleving in het geheel, voor de man en voor de vrouw […], acht ik het volkomen vanzelfsprekend dat ook mannen en vrouwen sámen elkaar completerend, die wetten maken.'
Was Marga Klompé dan helemaal geen feminist? Ik vraag het mij af. Ze vraagt zich vaak of haar werk de positie van de vrouw verbetert en steunt vrouwen om verder te komen in de politieke wereld. Lees bijvoorbeeld in haar dagboek dat ze het heeft over bijvoorbeeld de nieuwe wet huwelijksgoederenrecht wat volgens haar goed is omdat het meer recht geeft aan vrouwen. Uiteindelijk is haar werk, het recht op algemene bijstand, een enorme bevrijding geweest voor veel vrouwen die niet meer afhankelijk hoefden te zijn van een man.
Eerste vrouwelijke minister
'De maatstaf der beschaving is nog steeds, die de vrouw in de maatschappij bekleedt. En zo gezien bestaat er alle reden om het nationale politieke leven geluk te wensen met de omstandigheid, dat het eindelijk en te langen leste een bewindsvrouwe heeft voortgebracht. Als de verpersoonlijking van deze gedachte wens ik namens de Kamer Hare Excellentie dr. Klompé van harte geluk met haar eervolle benoeming.'

In 1956 veranderde haar leven toen ze haar Kamerzetel verruilde voor een ministerspost. Ze werd minister van een zogenoemd zacht ministerie, dat van Maatschappelijk Werk. Het ministerie was belegd met een deel van de armenzorg. Ze wilde de maatschappij veranderen met een nieuwe wet die het mogelijk maakte voor iedereen die het nodig had algemene bijstand te ontvangen. Dat werd de Algemene Bijstandswet (ABW). Hiervoor had ze een groot mandaat nodig die deels bij andere ministeries belegd was. Dat mandaat heeft ze niet helemaal gekregen, maar de ABW kwam er wel. Volgens de vorige wet uit 1912 was steun voor armen nog steeds een gunst en geen recht. Het grootste verschil was dat met de nieuwe wet materiële steun een recht werd die door iedereen opgevraagd kon worden die het nodig had. Dat had enorme implicaties voor de maatschappij. Marga wist als geen ander hoe het is om de kostwinner, haar vader, te verliezen en dan maar als vrouw te moeten zien overleven. Ze zorgde er met de wet eigenlijk voor dat vrouwen financieel onafhankelijk werden van hun man als dat nodig was bij ziekte of bij een slecht huwelijk. In 1965 werd de ABW van kracht. Marga heeft er voor gezorgd dat de Kamer en de maatschappij klaar waren voor deze grote verandering. Ze heeft de wet met overtuiging gebracht en er voor gezorgd dat er eindelijk een sociaal vangnet kwam die we vandaag de dag nog steeds hebben: de algemene bijstand.
Hierna werd ze nog een keer minister. Namelijk van 1966 tot 1971 van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk (CRM). Later werd ze de eerste vrouwelijke Minister van Staat. De hoogste eer die een Nederlands bewindspersoon kon krijgen. In de jaren ’80 werd ze ernstig ziek en overleed in 1986.
Voor dit artikel heb ik dankbaar gebruik gemaakt van de biografie van Marga Klompé van Gerard Mostert uit 2011 en haar dagboeken van 1948 en 1949 die in 2012 is gepubliceerd. Daaruit kwam ik een prachtig citaat tegen waar ik mee wil afsluiten:
'Dinsdag 7 juni, 1948
Gewerkt en geslapen. Eind van de middag naar Den Haag. ’s Avonds prachtige zonsondergang langs de zee. Heb mij erg aangenaam gevoeld en even later begrepen dat ik afstand moet doen en voor iets anders gereserveerd word. Ik doe dit ook wel graag en met liefde.'

Sebastiaan Coops is een historicus gespecialiseerd in koloniale en wereldgeschiedenis. Tijdens zijn studie geschiedenis en Azië-studies aan de Universiteit Leiden heeft hij zich veel beziggehouden met Nederlandse koloniale geschiedenis, met een bijzondere interesse in materiële geschiedenis. Je kunt hem daarom een echte verzamelaar noemen. Dat kun je ook bij hem thuis zien, waar hij een grote collectie oude prenten heeft over historische onderwerpen.
- ENGLISH BELOW -
When asked to name people who have had a profound impact on our world, a woman may not be the first to come to mind. Yet it was a woman who shaped Dutch society so deeply that many of her ideas remain with us today. Marga Klompé, the Netherlands’ first female minister, stood at the culmination of a long development toward the modern welfare state, designing social security in a way that still guides us.

Marga Klompé was a phenomenon in the Binnenhof [Dutch political center]. A decisive woman, well-informed and opinionated, she radiated the energy to get things done—and to do them differently. If she disagreed with something, she would pick up the phone and set someone straight. She carved out a place for herself in a man’s world, played by their rules, and still came out on top. Who was she? And what did being a woman mean for her ministry?
Arnhem, August 16, 1912: Marga was born into a prosperous Catholic family. Her father owned a shop, and business was good. Everything changed when he fell seriously ill and had to be institutionalized. Marga, her siblings, and their mother were left to fend for themselves. In those days, losing the breadwinner meant social isolation unless you were willing to accept charity—a fate the family refused. Marga studied chemistry and began teaching at the Catholic girls’ school Mater Dei. Later, she pursued chemistry at Utrecht University, where she faced skepticism. Professors saw women students as a waste of time, assuming they would marry and stay at home. Marga had no intention of doing so; she never married and earned her doctorate in 1941.
War
During the war, she initially served as a courier under the alias Dr. Meerbergen, delivering illegal messages for the Archbishop of Utrecht. But she also demonstrated remarkable organizational talent as a board member of the Union of Female Volunteers (UVV), the women’s resistance group led by Jane de Iongh. Klompé organized the Gelderland branch, which, after the war, proved to be the largest provincial chapter. She played a key role in the Red Cross efforts during the Battle of Arnhem and, after the liberation, mobilized women to help rebuild the city. Her leadership and persuasive skills flourished. An Arnhem resident wrote of her: 'Her speeches are so inspiring! How wonderfully she explains, in simple, human terms, what our task is as members and how best to fulfill it.'
International Work
After the war, she remained active in women’s organizations and founded the Catholic Women’s Debating Society. She believed Catholic women were not participating enough and wanted to show them how to exert influence. In 1946, she declared in London: 'We women must profoundly realize that the moral and spiritual life of the whole country is, to a great extent, in our hands. For by the special feminine gift of intuition, we are especially able to gauge the social needs of the people as a whole.'
Her involvement in women’s organizations led to international delegations, including to the United Nations. Her performances at the General Assembly caught political attention, earning her a seat in the Dutch Parliament for the Catholic People’s Party (KVP). Newspapers noted her rapid rise: 'Within the shortest time, she has become an authority in the party and parliament […] and has also secured a significant place in the Assembly of the Council of Europe' (NRC). The Daily Express headlined in 1950: 'Woman who bluffed the Germans takes on a man’s job at Europe’s Assembly—Marga of Arnhem makes them all happy.'
Feminism

From this point on, she distanced herself from feminism. She insisted she was not a feminist and wanted to be treated first as a human being, not just as a woman. In the Council of Europe, she wrote: 'I would find it desirable for more women to be involved […]. I am by no means a feminist, and the place of women with families is, above all, the family, but there are certainly women who could make a valuable contribution.' Why such a firm rejection of feminism? Historian Gerard Mostert offers a compelling explanation: political women occupied roles previously reserved for men. These women were seen as both masculine and feminine—but never as neither. They presented themselves as men. When asked about the difference between herself and her male colleagues, she quipped that the only difference was a powder compact in her desk drawer. Historian Antonia Fraser noted that women in such positions often had to free themselves from male guardianship, for example by remaining unmarried, as Klompé did. She found it perfectly logical for men and women to work together in public life. In a radio interview, she stated: 'When women enter politics, they often have different views […]. And since the laws we make are meant for society as a whole—for men and women alike […], I consider it entirely natural that men and women should complement each other in making those laws.'
Was Marga Klompé not a feminist at all? I wonder. She frequently reflected on whether her work improved women’s positions and supported other women in politics. Her diary reveals her advocacy for laws like the new marital property act, which she believed gave women more rights. Ultimately, her greatest achievement—the right to general assistance—liberated many women from financial dependence on men.
First Female Minister
'The measure of civilization is still the position of women in society. And so there is every reason to congratulate our national political life on finally producing a female minister. As the embodiment of this idea, I wish to congratulate Her Excellency Dr. Klompé on her honorable appointment on behalf of Parliament.'

In 1956, her life changed when she traded her parliamentary seat for a ministerial post. She became minister of Social Work, a so-called “soft” ministry responsible for poor relief. She wanted to transform society with a new law ensuring that anyone in need could receive general assistance. This became the General Assistance Act (ABW). Previously, under the 1912 law, support for the poor was a favor, not a right. The ABW made material support a right for all who needed it. Klompé knew firsthand what it meant to lose a breadwinner and survive as a woman. The ABW, enacted in 1965, ensured that women could be financially independent in case of illness or a bad marriage. She prepared both Parliament and society for this major change, creating a social safety net that still exists today.
She later served as Minister of Culture, Recreation, and Social Work (1966–1971) and became the first female Minister of State, the highest honor for a Dutch official. In the 1980s, she fell seriously ill and died in 1986.
For this article, I have drawn on Gerard Mostert’s 2011 biography of Marga Klompé and her diaries from 1948 and 1949, published in 2012. I close with a poignant entry from her diary:
'Tuesday, June 7, 1948 Worked and slept. In the late afternoon, traveled to The Hague. In the evening, a beautiful sunset over the sea. I felt very content and soon understood that I must let go and be reserved for something else. I do this gladly and with love.'

Sebastiaan Coops is a historian specialised in colonial and world history. While studying history and Asia studies at Leiden University, he focused on Dutch colonial history, with a particular interest in material history. You can therefore call him a real collector, which can be seen at his home, where he has a large collection of old prints on historical subjects.






Opmerkingen